Eind 2016 keerde Mathijs Wallenburg terug naar Nederland, nadat hij twee jaar werkzaam was op het René Kids Centre. Een reis vol indrukwekkende ervaringen.
“Ik heb me altijd betrokken gevoeld naar minderbedeelde mensen en onrechtvaardigheid, ik heb al vanaf jongs af aan een roeping hiervoor ervaren. In het verleden heb ik al verschillende langere en kortere reizen mogen maken naar een aantal landen en in 2014 besloot ik mijn baan op te zeggen en naar Rehoboth, Namibië te komen. Ik vond het een mooie uitdaging om lokale mensen te ondersteunen zodat ze hun werk beter kunnen doen. Om de mensen op die manier te kunnen dienen en Jezus' handen en voeten te zijn.”
Heb je moeilijke momenten gehad?
“Er zijn genoeg moeilijke momenten die ik niet snel meer zal vergeten. Van zelfmoordpogingen tot kinderen van onder 10 jaar die bewusteloos zijn van de alcohol, van steekpartijen tot huisjes (blikkies) die volledig zijn afgebrand.
Eén van de momenten uit mijn eerste jaar bij het RKC zal ik niet meer vergeten. Toen een geestelijk gehandicapt meisje van een jaar of 18 ons terrein op kwam lopen en vermoedelijk vlak daarvoor verkracht was. Ze was helemaal in de war en enorm sterk, we moesten haar met drie man in bedwang houden, om niet haarzelf of iemand anders te verwonden.
Na een paar dagen in het ziekenhuis mocht ze weer gaan. Ze bleken haar te kennen en wisten te vertellen dat dit al meerdere malen was gebeurd. Geen moeder of iemand anders die naar haar om kan kijken. Dan weet je dat dit vermoedelijk weer gaat gebeuren, je voelt je dan machteloos.”
Wat neem je voor de rest van je leven mee?
“Het werk in Rehoboth is werk van de lange adem, grote veranderingen zijn vooral zichtbaar op de lange termijn. Je leert om daar naar te kijken en wat minder naar direct resultaat. Dat heeft mij geleerd te volharden en mijn Nederlandse resultaatgerichtheid wat meer los te laten.