Geef kansarme kinderen in Rehoboth Namibië een hoopvolle toekomst
Bel ons: 06 543 974 85

Jacobus Dreyer: “De generatie van nu lijdt nog onder het verleden”

De mensen in Block E zuchten nog altijd onder een verleden van onderdrukking. Dat ziet ook Jacobus Dreyer. Hij is de zoon van oma Magdalena, de vrouw die het fundament legde voor het René Kids Centre. Met Jacobus gaan we op zoek naar wat Rehoboth nodig heeft. Hoop!

Vertrouwen op de dag

We zitten aan de rand van Rehoboth, bovenop een heuvel, en we kijken uit over Block E. Ondanks dat Rehoboth middenin de woestijn ligt, ziet Block E er van bovenaf opvallend groen uit vanwege de vele bomen. Voor de mensen geldt dat ze er opvallend vrolijk uit zien. “Dat vind ik mooi aan de mensen in Rehoboth”, zegt Jacobus. “Ze zijn arm, maar ook altijd vol blijdschap. Ze vertrouwen erop dat er een dag zal komen dat er verlichting komt.”

Deze blijdschap kent wel degelijk zijn keerzijde, weet Jacobus maar al te goed. “Drankmisbruik, dat is niet mooi. Het is heel erg. Oude mensen, ja, maar ook jonge mensen. Hun leven is vaak leeg. Ze hebben niets te doen, ze vervelen zich en grijpen naar de drank om te kunnen ontspannen. Drankmisbruik leidt tot bandeloosheid, tot bandeloze seks. En dat veroorzaakt weer ziektes als HIV.” En om de vicieuze cirkel van de uitzichtloosheid compleet te maken. “Het geld dat verdiend wordt, wordt besteed aan nog meer alcohol. En als het geld op is, moeten ze andere manieren bedenken om aan eten te komen.”

De gevolgen van de Apartheid

Hoe zijn de mensen van zijn stad in die desastreuze vicieuze cirkel terecht gekomen? Zijn gezicht betrekt. “Het heeft met de Apartheid te maken. Het gevolg daarvan is dat sommige mensen het heel goed kregen en veel mensen heel slecht. Mensen hebben voorkomen dat we gelijk zijn en gelijke kansen kregen. In heel Afrika, maar in Namibië in het bijzonder, zie je dat er veel grondstoffen zijn. Goud, zilver, diamanten, olie, alles. Hoe komt het dan toch dat er armoede is? Er zijn mensen van buiten Afrika gekomen en die hebben niet toegelaten dat de mensen van hier konden genieten van eigendommen die God aan ze heeft gegeven.”

“We zijn daardoor arm geworden. Onze ouders kregen geen opleiding, de kinderen kregen geen opleiding. We moesten werken onder het gezag van andere mensen. Onze mensen moesten hard werken, heel hard werken, voor veel te weinig geld. Soms zelfs alleen in ruil voor drank. We zijn beroofd. Weet je, als je iemand verdrukt en hem belet om een succes van zijn leven te maken, dan beroof je die persoon van zijn héle leven. En voor de kinderen van die mensen en de kinderen daarvan. De generatie van nu lijdt daar nog onder.”

“Het is een zere plek. Het is moeilijk om daarover te praten. Ik praat er ook niet graag over, maar ik kan het nu wel, want ik heb God leren kennen en daarom heb ik het verleden achter me kunnen laten. Ik vind het nu niet moeilijk meer om met blanke mensen om te gaan.”

Liefde ondervinden

Jacobus gelooft dat de hoop voor Block E precies daar vandaan komt. “De jonge generatie moet leren dat God er is, dat God de bomen heeft gemaakt. En dan moeten ze leren dat God lief voor ze is. Zodat ze denken: ‘Hey, die grote God, die houdt van mij.’ En als je liefde ondervindt, ga je liefde teruggeven. Aan God, aan mensen om je heen. Dan ga je rein leven, want God wil dat je rein leeft.”

Hij is de zoon van oma Magdalena, die erom bekend stond dat ze heel veel liefde gaf. “Mijn moeder was iemand die de Heer diende door anderen te dienen. Dat zei ze ook altijd tegen mij. ‘Dien mensen, dán dien je de Heer’. Zij begon met te zorgen voor de kleine kinderen in Block E. Ze bad, dagen en nachten, op haar knieën. Tot God, voor hoop. De komst van het René Kids Centre is een wonderlijke verhoring van die gebeden.”

Het begin van iets nieuws

Het René Kids Centre is, zo ziet Jacobus, het begin van iets nieuws. “De mensen hier weten: als ik echt een probleem heb, kan ik daar terecht. Daar zullen ze naar me luisteren, daar zullen ze om me geven. En de kinderen leren schrijven, ze leren sommen te maken. Ze leren God kennen. Hun honger wordt gestild. Het is de wereld op zijn kop. De kinderen komen thuis met een goede boodschap in hun gezinnen, voor hun ouders. En dan komt er zielsverandering.”

Jacobus gelooft in een mooie toekomst voor zijn stad, voor deze wijk. “Er zijn al minder drankhollen dan er waren. Jonge mensen hebben een verlangen om te leren en te werken, om iets te doen met hun handen.” 

Dat laatste is, na decennia waarin alle ondernemersdrang en eigenwaarde uit de mensen is geslagen, misschien wel de grootste winst. De massale dronkenschap op de laatste vrijdag van de maand, de pay-day, spreekt echter boekdelen. Er is nog veel werk te doen.

188